BILL WYMAN' S RHYTHM KINGS (UK) supp. act Mr. G & The Blue Power FRIDAY, JANUARY 29 @ TRIX (Hof Ter Lo) ANTWERPEN website |
|
BILL WYMAN'S RHYTHM KINGS website MR. G & THE BLUE POWER (B) website |
|
CONCERT REVIEW | |
Groot feest in Trix. Bill Wyman, de legendarische low profiled bassist van The Rolling Stones maakt er zijn opwachting. En hij heeft wat vriendjes meegebracht. En dan nog niet eens zo maar de eersten de besten…. |
|
MR. G & THE BLUE POWER (B) De Antwerpse Mr. G & the Blue Power zorgt voor een shot en een snuif hard-rock van het zuiverste water. Daarbij wordt ook het visuele aspect van het genre, dat nu bijna een halve eeuw geleden hoogtij vierde en waar we toen allemaal mee wegliepen, niet geschuwd. Zanger/gitarist Wim Roelants aka Mr.G zwaait de lange haren als een ware virtuoos. Dat hij zich spiegelt aan illustere voorbeelden als Robert Plant en Roger Daltrey, mag blijken uit zijn blote bast act. Het is allemaal goed bedoeld en als muzikant zijn ze de kwaadsten nog niet, gezien hun respectievelijke palmares. Maar aan originaliteit zullen ze niet ten onder gaan. Ze zijn veeleer een parodie op het eens zo gewaardeerde hard-rock genre. Men zou voorzichtig kunnen gewagen van een miss casting. Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat het publiek, dat voornamelijk opgekomen is voor The Rhythm Kings deze jongens lijdzaam ondergaat. Dat de meesten tevens de leeftijd van Wyman bijna inhalen mag niet als de oorzaak van de lichte lethargie beschouwd worden. Minstens de helft van hen heeft nog de LP’s van Led Zeppelin, Uriah Heep, Deep Purple, Wishbone Ash op de plank staan en koesteren ze bovendien. Dingen keren terug, om de zoveel tijd, maar vallen maar zelden in de smaak van de originals. |
|
|
BILL WYMAN'S RHYTHM KINGS (UK) De stille Rolling Stone kondigt zijn band aan, zoals reeds gezegd een keure aan oudgedienden die hun sporen reeds heel lang geleden verdienden. Het siert hen dat ze na al die jaren van toeren, nog steeds veel plezier beleven aan het musiceren. Dit zijn muzikanten in hart en nieren, want ik weet bijna zeker dat ze het niet meer doen voor de poen of om groupies te versieren. Van links naar rechts en van boven naar onder herkennen we aan de Hammond B3, Georgie Fame nog steeds rijzig en met krachtige stem. Graham Broad trommelt nog steeds als vanouds en rechts van hem aan de keyboards grinnikt Geraint Watkins ons toe. De smurf die het presteerde om in volle punkperiode met een blues en zydeco band naar buiten te komen en er nog mee scoorde ook. Op gitaar Terry Taylor, de man die samen met Wyman voor het originele songmateriaal zorgt. Bill Wyman zelf op bass, altijd in de buurt van de drummer zoals het een efficiënte ritmesectie betaamt. De guitar-wizard Albert Lee, die werkelijk van alle stijlen thuis is, is de lead guitarist, maar laat ruimte zat aan zijn collega Taylor en aan de saxofonisten Frank Mead en Nick Payn, respectievelijk alto sax/harmonica en tenor sax/flute. Tussen deze muzikaal hoogbegaafde mannen laveert zangeres Beverley Skeete bevallig door. Ze heeft een stem die men normaliter onderbrengt in een lichaam van tweehonderd pond. Beverley haalt niet eens de helft van dit geijkte diva-gewicht. Maar toch kan ze zingen als de zwaarste. Bij wijze van practical joke openen deze reuzen de show met een fragment van het zeemzoeterige “It’s Only Love” van de BeeGees, maar Fame pikt handig in met Ray Charles’ “So Good To Me”. Beverley doet “Sweet Soul Music” en Albert Lee zingt een overtuigend “Jump and Jive” van Louis Prima. Frank Mead doet “Too Late” van Little Walter, op harmonica uiteraard, Terry Taylor zingt. Iedereen komt aan bod in deze band. Van Clifton Chenier brengt Geraint Watkins het aanstekelijke “All Night Long” op accordion. Onvervalste Cha Cha Cha in “Three Cool Cats” door Georgie Fame en Watkins zingt “Chicken Shack Boogie” vanachter zijn piano. Bill Wyman zingt “You Never Can Tell” van Chuck Berry.Hij houdt van de muziek van Berry vertrouwt hij ons toe, maar hij vindt de man zelf ‘a real jerk’. Ik kan het niet laten om een overzicht te geven van de songs die de heren en dame brachten, al was het maar om aan te tonen hoe divers hun setlist is. Ze spelen overigens zonder setlist. “A Man’s World” door Beverley Skeete; Fat’s Domino’s “I’m Ready” door Albert Lee; “My Little TooToo” van Rockin’ Dopsie door Geraint op accordion, vocals door Fame; vocals by Frank Mead in “I’m Just Your Fool”; “Baby That’s Rock and Roll” door Albert Lee; Gene Vincent’s “Race with the Devil” wordt gezongen door Terry Taylor; “I Just Wanna Make Love To You” ontleent Beverley aan Muddy Waters, en ik wil haar graag geloven; Geraint Watkins doet “Johnny B. Goode” in een jazz-versie, na een inleidend verhaal, waarbij hij boosheid veinst omdat het publiek onjuist reageert; “Just for the Thrill” van Lily Armstrong (tweede vrouw van -)wordt gezongen door Georgie Fame; Bill Wyman zingt een eigengereide versie van “Honky Tonk Woman”, de enige allusie op zijn Rolling Stone verleden die hij geeft op de ganse avond. Als bisnummer krijgen we het duistere “I Put a Spell on You” van Jay Hawkins, uitmuntend gescreamd door Beverley. Kiekebisch, jawel…
|
Dergelijke evenementen brengen inderdaad Sunshine in our lives. witteMVS |
|